Menu

Zwembadhangers

Vanavond ging ik zwemmen. Dat was lang geleden. Wat ik me nog herinner van vroeger is dat er soms over feestjes werd gezegd: we verklappen niet wat we gaan doen, maar neem wel je zwemspullen mee. Wat die zwemspullen nou eigenlijk precies waren, daar moest ik over nadenken. Uiteindelijk dacht ik: ik moet mijn lichaam bedekken, en waarschijnlijk word ik nat. Ik koos dus voor een zwembroek en een handdoek.

De Blauwe Golf gaat 10 uur dicht. Is water eigenlijk wel blauw, vraag ik me af als ik de naam hoor. We zijn niet heel erg vroeg, maar dat hindert niet. Er moest namelijk nog een bal gekocht worden voor in het zwembad. Nadat we noedels hebben gegeten gaan we naar het zwembad. De entree is €5,20 voor mensen boven de 2 jaar. Kinderen onder de 2 jaar mogen voor minder, maar er moet dan altijd wel iemand mee. De kluisjes kosten 20 cent, horen we van de mevrouw achter de kassa. Dat kunnen we ook pinnen, dus dat is mooi. We gaan door het poortje en lopen richting de kleedkamers.

Direct valt mijn oog op de hangers. Waarom vind je deze hangers alleen in het zwembad? Ze zijn zo handig! Er zijn twee gaten waar je je sokken in kunt hangen, haakjes voor je broek, haken waar je je schoenen aan kunt hangen en dan kan je uiteindelijk je shirt, vest en jas er overheen doen. Al je kleding aan één hanger. Stel, je hebt drie outfits en drie van dit soort hangers, dan is je leven overzichtelijker dan de Noordoostpolder.

Na het omkleden — natuurlijk niet ervoor — douchen we en dan gaan we het zwembad in. Op een groot scherm tonen ze de Olympische spelen, maar wij zijn hier om te zwemmen. Wat me opvalt is dat ik efficiënter geniet dan vroeger. Vroeger ging ik vier uur lang naar het zwembad, en dan was het nog niet genoeg. We hebben nu een uur of anderhalf, en dat is genoeg. In die anderhalf uur heb je één keer het golfslagbad, kan je een paar keer van de glijbaan terwijl iemand in tegenovergestelde richting een bal je richting op gooit terwijl je er uit komt en kan je even in het buitenbad, waar iemand op het randje gaat zitten “omdat het water daarna extra warm is”.

Als het zwembad sluit föhn ik mijn haren. Er is ook gel uit een automaat, maar dat hoeft nu even niet. We gaan nog even het café in voor een softijsje. Daarvan herinner ik me dat ik er altijd zo vies van moest hoesten daarna, net als van milkshakes. Wat me opvalt is de rare prijsstelling van de ijsjes. Een radartoren kost €1 inclusief gratis dip (alle ijsjes zijn inclusief gratis dip, dus dat ga ik hierna niet herhalen), die daarboven kost €1,30, een oublie (Frans voor vergeten) €1,70, maar het vierde ijsje — de megahoorn — kost €1,60. De verklaring blijkt te zijn dat het hoorntje minder lekker is, zo’n oublie heeft een hoorntje van echte koek, terwijl de megahoorn van een soort bordkarton gemaakt is. Iedereen neemt een radartoren. Een keer met nootjes, twee met chocolade, twee met discodip en een met discodip en daarna nog slagroom. Daar kan niet nog een keer discodip op, want slagroom is warmer dan ijs. Lobbig, noemt iemand het. Maar dat geldt meer voor yoghurt, zegt iemand anders.

Als ik in bed lig heb ik nog steeds het gevoel dat ik in het golfslagbad lig. Ik val lekkerder in slaap dan de vorige honderden nachten van mijn leven. Ik wil een zwemclub.

Vind(t) Wilbert leuk Privacyverklaring